Sensoren die ProRail op verschillende treinstations heeft hangen en de loopstromen van reizigers meten blijken ook geschikt om te kijken of mensen anderhalve meter afstand van elkaar houden. Dat meldt de Technische Universiteit Eindhoven die ProRail met de analyses helpt en onderzoek deed hoe reizigers met de corona-afstandsregel omgaan.
Zo hangen er sinds 2017 in station Utrecht Centraal negentien sensoren boven het perron van spoor vijf, die samen dag en nacht het hele perron kunnen doormeten voor onderzoeksdoeleinden. De sensoren volgen de looppaden van reizigers. Wanneer een reiziger langs een sensor loopt verschijnt er een 'diepte-vingerafdruk' en kan de beweging worden gevolgd.
"Zo'n vingerafdruk, die op zichzelf geen persoonlijk identificeerbare informatie bevat, duurt slechts een fractie van een seconde, voldoende om de positie van voetgangers te identificeren en trajecten te bepalen. Alleen de posities en trajecten worden vervolgens opgeslagen voor analyse", zegt Alessandro Corbetta, onderzoeker van de Technische Universiteit Eindhoven.
Met de sensoren wordt het gedrag van menigten onderzocht, zoals de drukte op perrons. De onderzoekers van de universiteit zagen mogelijkheden om met diezelfde sensoren óók te kijken naar het gedrag van menigten die zich moeten houden aan de anderhalve meter afstand.
Om de sensoren voor dit onderzoek te kunnen gebruiken ontwikkelden de onderzoekers een een algoritme dat heel precies én in real-time mogelijke familie-achtige groepen kan herkennen. Het gaat dan om twee of meer mensen die samen het station binnenkomen, tijdens hun tocht door het station steeds samenblijven en ook samen in dezelfde trein stappen. Het gedrag van reizigers is sinds de invoering van de regel compleet veranderd, aldus de universiteit.
Alles bij de bron; Security