Al sinds de oprichting worstelt Facebook met het privacyvraagstuk. Dat begon al in 2003 – het jaar waarin oprichter Mark Zuckerberg door het bestuur van Harvard op het matje werd geroepen. Facebook heeft daarna nog talloze keren geblunderd in privacykwesties: van privéchats die voor iedereen te lezen waren, de nieuwsfeed die ineens niet meer afgeschermd was, het afschaffen van de mogelijkheid om onvindbaar te blijven in de Facebook-zoekbalk tot gebruikers die ineens hun foto bij advertenties zagen opduiken. Advertentiedienst ‘Beacon’, die publiceerde wat Facebook-leden online kochten, werd na een rechtszaak opgedoekt. Steeds volgden er excuses en beloofde het bedrijf beterschap.

Privacy is ‘dood’, vindt Zuckerberg. En in 2010 zei hij in een interview: “De sociale norm is veranderd. De tijd van privacy is voorbij.”

Deze week sloten 25.000 bezorgde Facebookgebruikers zich aan bij een class action rechtszaak tegen het grootste sociale netwerk ter wereld (1,33 miljard gebruikers), onder wie zo’n 2.500 Nederlanders. De Oostenrijkse advocaat en privacyvoorvechter Max Schrems eist 500 euro schadevergoeding per ‘slachtoffer’ vanwege privacyschendingen die Facebook zou hebben begaan.  Maar wat doet het bedrijf dan precies? En wat is er waar van de verhalen en geruchten? Vier stellingen over Facebook en privacy.

Alles bij de bron; NRCQ

Update; pdfartikel uit de zaterdageditie [digiabo]