Het bedrijfsrecherchebureau Hoffmann heeft na onderzoek van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) de screening van personeel aangepast, zodat het niet langer meer de Wet bescherming persoonsgegevens overtreedt. De toezichthouder ontdekte verschillende overtredingen bij het screeningsproces.

Zo voerde Hoffmann onder meer screenings uit op basis van toestemming van de sollicitanten en werknemers. Dit is niet toegestaan omdat in een screeningsprocedure niet gesproken kan worden van 'vrije toestemming' zoals de wet eist. Het is voor de betrokkene namelijk moeilijk om 'nee' te zeggen onder druk van het kunnen mislopen van de mogelijke baan of de andere functie. Ook maakte het bedrijf integrale kopieën van identiteitsbewijzen. Hierop staan pasfoto, de nationaliteit van de betrokkene en het burgerservicenummer (BSN). Dit zijn persoonsgegevens van gevoelige aard die in beginsel niet mogen worden verwerkt.

Uit het onderzoek blijkt verder dat Hoffmann bij bijna elk door de toezichthouder onderzocht dossier een internetzoekopdracht heeft verricht naar de sociale mediaprofielen van de betrokkene. De Autoriteit Persoonsgegevens constateerde dat het recherchebureau in de meeste onderzochte dossiers het sociale mediaprofiel van de betrokkene had opgenomen. Deze informatie werd niet opgenomen in het screeningsrapport richting de werkgever. De onderzochte dossiers van het recherchebureau bevatte daarmee veel irrelevante, maar wel persoonlijke informatie over mensen. Dit is niet proportioneel en daarmee in strijd met de wet.

Alles bij de bron; Security