Het opsporen van beveiligingen tegen de nationale en Europese veiligheid wordt steeds moeilijker, waarschuwt Europol. De Europese politie-instantie zegt dat gesofisticeerde en versleutelde online communicatie, samen met verborgen plaatsen op het web, problemen oplevert voor het traceren en monitoren van potentiële terroristen. 

Volgens Europol is versleutelde communicatie vandaag een hoeksteen van terroristische operaties. Ver moeten ze daar voor niet zoeken: onder andere WhatsApp is uitgerust met een uitstekend encryptieprotocol.

Het zal niet eenvoudig zijn voor Europol om een sympathiserend oor te vinden bij de publieke opinie. Edward Snowden toonde aan hoe ’s werelds grootste inlichtingendiensten omgingen met de mogelijkheid om communicatie vlot in het oog te houden. Zowel de Amerikaanse NSA als Het Britse GCHQ maakten het, op z’n zachtst gezegd, te bont. Wegens een gebrek aan genuanceerd kader en de perceptie dat de (internationale) inlichtingendiensten hun voeten toch vegen aan een dergelijk kader is het niet verwonderlijk dat consumenten voorlopig liever hebben dat privacy meer doorweegt dan het gemak waarmee counterterroristen hun job uitoefenen.

De oplossing ligt ongetwijfeld ergens in het midden, maar wie geloofd nog dat een GCHQ ook daadwerkelijk binnen de lijntjes zal kleuren wanneer encryptie verplicht lakser wordt gemaakt?

Europol blijft in ieder geval niet bij de pakken zitten en werkt momenteel aan een European Internet Referral Unit. Die moet websites, gebruikt voor terroristische groeperingen, identificeren en verwijderen van het net.

Alles bij de bron; ZDNet