In een rapport, dat als toets dient voor de voorgestelde Britse spionagewet, stelt de inspecteur van terreurwetgeving dat het op grote schaal onderscheppen van informatie in het verleden nuttig is geweest. Ook zouden er weinig alternatieven voor bestaan, wat interceptie noodzakelijk zou maken.
In het rapport, dat onder andere is opgesteld aan de hand van case studies en interne overheidsdocumenten, zegt de inspecteur David Anderson dat 'bulkinterceptie' noodzakelijk is voor de vervulling van de taken van de veiligheidsdienst GCHQ op het de gebieden van bijvoorbeeld georganiseerde misdaad, kinderporno en terreur. Ook zou deze bevoegdheid al door de dienst worden ingezet en bijna vijftig procent van de inlichtingen zou voortkomen uit deze bevoegdheid. Encryptie en anonimisering zorgen echter in toenemende mate ervoor dat de waarde hiervan afneemt, aldus de inspecteur.
Ook boog Anderson zich over de bevoegdheid tot 'equipment interference', waarmee de bevoegdheid tot het hacken van apparaten wordt bedoeld. Specifiek gaat het over 'bulk equipment interference', dat de GCHQ omschrijft als manier om op grote schaal 'informatie van apparaten te verkrijgen om dreigingen voor de nationale veiligheid tegen te gaan'. Daarover zegt Anderson dat deze bevoegdheid tot nu toe nog nooit is ingezet, maar dat er in de toekomst situaties zullen zijn waarin er geen alternatieven gevonden kunnen worden. Er zouden echter zeer strenge regels nodig zijn om gebruik in goede banen te leiden. Het gericht hacken van apparaten zou daarnaast ongeveer twintig procent van alle inlichtingen van de GCHQ opleveren.
De nieuwe spionagewet moet nog goedgekeurd worden voordat hij in werking kan treden. Het wetgevingsproces heeft tot veel debat geleid, bijvoorbeeld doordat werd beargumenteerd dat ook encryptie onder de nieuwe wet verwijderbaar moet zijn. De BBC schrijft dat het te verwachten is dat de 'Investigatory Powers Bill', zoals de wet heet, eind dit jaar aan het parlement wordt voorgelegd.
Bron; Tweakers