Afluisteren, aftappen en analysere. Op grote schaal, met grote rekenkracht voor analyse van deze Big (Brother) Data. Voor een deel allemaal dingen die al jaren en jaren gebeuren. Echt al tientallen jaren eigenlijk. Maar dankzij moderne techniek steeds meer en beter. 

Dankzij klokkenluider Edward Snowden weet nu iedereen wat security-experts, spionnenkenners en achterdochtige/paranoïde mensen in het algemeen al jaren roepen. Er wordt afgeluisterd middels geheime bevelen van geheime gerechtshoven met geheimhoudingsverplichtingen.

Ook door ‘hun’ bij ‘ons’, en ook door ‘ons’. Natuurlijk bezweert minister Ivo Opstelten van Justitie en Veiligheid binnen “heldere wettelijke kaders” . Maar bij terughacken is al geconstateerd dat wettelijke grenzen worden opgezocht, opgerekt en wellicht zelfs overtreden.
 

Ver van die gewone gebruiker af is er ook ophef op hoog politiek niveau. In Den Haag én in Brussel. Eurocommissaris Viviane Reding trekt van leer tegen de VS en dreigt in wezen met een handelsoorlog. Dat politieke dreigement gecombineerd met persoonlijk sentiment en zakelijk besef kan best wel eens goed zijn voor Europa. Zie Zwitserland als neutraal hostingland, met zijn status net buiten de EU. Of IJsland als het Zwitserland voor data. De Zweedse overheid zet alvast een stap door Google Apps te verbieden voor eigen gebruik. Nadat Noorwegen begin vorig jaar al het voorbeeld heeft gegeven.

De huidige onduidelijkheid en onzekerheid rond PRISM, de NSA, de AIVD en aanverwante geheime zaken kan de EC-richtllijn voor privacy- en databescherming oppeppen. Zo kan de PRISM-affaire ook helpen bij het herevalueren van de bewaarplicht die geldt voor Europese landen. Terwijl in het thuisland van de NSA er helemaal geen verplichting is om gegevens te bewaren, en ze er dus per geval - doelwit of telco - verzoeken indienen, bevelen serveren en schimmige overeenkomsten sluiten. In Europa hoeft dat niet zo nodig. Mogelijk zelfs niet voor een internetcommunicatiemiddel als Skype.

Ondertussen speelt er nog de cruciale vraag of de dataretentie misschien ongrondwettig is. Daar buigt het Europese Hof zich over, terwijl er in de praktijk al veel misstanden zijn geconstateerd. Het bewaart te veel en loopt te lang, in het geval van sommige landen wordt de metadata van telecommunicatie wel 10 jaar bewaard.

Zo’n schatkist aan informatie is verleidelijk. Zie bijvoorbeeld in Nederland de CIOT-database (Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie) dat niet geheel zorgvuldig wordt geraadpleegd door de politie. Sterker nog: sommige korpsen schonden hiermee de wet.

Het advies lijkt dus duidelijk: niet teveel en niet te lang bewaren. 

Alles bij de bron; Webwereld