Vergaande nieuwe anti-terrorismewetten brengen Europa in een gevaarlijke situatie van toenemende overheidscontrole en beperking van de vrijheid van burgers. Het hedendaagse anti-terrorismebeleid manoeuvreert als een olifant in de porseleinkast.

De verschillende aanslagen die Europa over de afgelopen jaren hebben getroffen hebben regeringen over het hele continent bewogen om met gezwinde spoed wetten aan te nemen die het doel hebben om terrorisme tegen te gaan. Zo kan opvallende belangstelling voor bepaalde objecten of evenementen resulteren in een gebiedsverbod – eventueel met een enkelband – om te voorkomen dat iemand ten prooi valt aan radicalisering. De nieuwe wetten tasten de rechten aan die ons beschermen. “Ze hollen de rechtstaat uit, geven de uitvoerende macht vergaande bevoegdheden, beperken juridische controle alsmede de vrije meningsuiting en onderwerpen burgers aan ongecontroleerde controle door de regering,” aldus Amnesty International.

Europa bevindt zich in een tijd van afbreuk van verworven rechten en het verdwijnen van checks and balances in het politieke systeem, zo laat het rapport van Amnesty zien. Nieuwe wetgeving wordt met spoed door het parlement gejaagd in de nasleep van een terroristische aanslag of dreiging. Een vertoon van daadkracht – zeker – maar met weinig aandacht voor de gevolgen. Het nieuwe Europese veiligheidsbeleid tornt aan fundamentele rechten en vrijheden.

Alles bij de bron; HPdeTijd