Van alle dna-sporen die door de politie worden aangeleverd bij het NFI, levert 62 procent een hit op met een persoon in de DNA-databank van het instituut. Deze zomer zijn er voor het eerst meer dan 400.000 personen met hun dna in de databank opgenomen.
Naast de cijfers over de dna-databank, wijst ze ook op het feit dat deze data op Europees niveau worden uitgewisseld. Nieuwe dna-profielen van sporen en van personen worden elke nacht vergeleken met alle andere aangesloten DNA-databanken in Europa.
Een woordvoerder van het NFI legt uit; 'Door nu zoveel personen en sporen in onze databank te hebben, kunnen we samen met politie en OM nóg beter misdaad bestrijden. Niet alleen in Nederland en de overzeese rijksdelen, maar ook in Europa.’
Alles bij de bron; CrimeSite
Het kabinet wil dat dna uit commerciële databanken gebruikt kan worden bij het oplossen van moordzaken. Dat betekent dat als je ooit hebt uitgezocht hoeveel procent je Scandinavisch bent, jouw dna in een moorddossier kan belanden. Privacy-experts zijn kritisch.
....Noorwegen en Zweden forceerden al doorbraken, in Nederland wordt de methode al in twee onopgeloste zaken ingezet, bij wijze van proef, waarvoor speciaal toestemming werd gegeven. Weliswaar nog zónder resultaat, maar het nieuwe kabinet ziet er heil in.
In een klein zinnetje in het coalitieakkoord staat te lezen: ,,Er wordt bij cold cases ingezet op het gebruik van genealogische dna-databanken.” Hoe en wat is nog onbekend. Maar in potentie is het ingrijpend.
Wereldwijd zouden er meer dan 37 miljoen profielen in commerciële databanken zitten. Ter vergelijking: het NFI, zeg maar het laboratorium van de opsporingsinstanties in Nederland, heeft momenteel bijna 400.000 profielen van veroordeelden en verdachten opgeslagen. De commerciële dna-databanken zijn in principe dus een goudmijn.
Nina de Groot, promovenda bio-ethiek van de Vrije Universiteit Amsterdam volgt dit onderwerp nauwgezet en is verbaasd over het ‘gebrek aan discussie’ over de dilemma’s die de dna-mogelijkheden met zich meebrengen. ,,Het gaat heel snel. Het Openbaar Ministerie kwam al met een proef in ons land die de niet door de Tweede Kamer is behandeld. Nu lijkt het nieuwe kabinet al volgende stappen te willen zetten.”
Wat De Groot het meest dwarszit – en experts en advocaten zeggen haar dat na – is dat mensen die nooit iets naar de dna-databanken hebben opgestuurd, toch bij een politieonderzoek in beeld kunnen komen.
Uit berekeningen blijkt namelijk dat in de VS slechts 2 procent van alle burgers van Europese afkomst in een dergelijke databank hoeft te zijn opgenomen, om vervolgens van meer dan 99 procent van alle Amerikaanse burgers van Europese afkomst een verwant te kunnen identificeren. De Groot: ,,Met andere woorden, als mijn achterneef toestemming heeft gegeven, kan ik in beeld komen bij de overheid, als het om strafzaken gaat. Dit roept natuurlijk nogal wat vragen op met het oog op privacy.”
De dna-bedrijven vragen weliswaar– vaak – de klant expliciet om toestemming om gegevens ook te mogen delen met opsporingsdiensten. Maar: wie leest alle voorwaarden nu werkelijk? En hoe veilig is het dan?
Bij een hack van het Amerikaanse 23andMe werden vorig jaar nog de dna-gegevens van 6,9 miljoen mensen gelekt. Het ging om stambomen, maar ook om gezondheidsinformatie die gebaseerd was op de dna-analyse van gebruikers. Daar zaten ook Nederlandse klanten tussen.
Het is wonderlijk: we willen om goede redenen niet een nationale dna-databank, maar over de commerciële dna-databanken is nog maar beperkt discussie. Terwijl mogelijk in de toekomst door de 2 procents-regel eigenlijk een soort achterdeur kan worden gecreëerd waardoor je met een omweg vrijwel iedereen zou kunnen identificeren.”
Alles bij de bron; AD
Het is een klein zinnetje in het hoofdlijnenakkoord: justitie mag bij coldcasezaken gebruikmaken van commerciële DNA-databanken. In Amerika gebeurt dat al.
Het Openbaar Ministerie heeft wel oren naar de nieuwe opsporingsmethode. Sterker: er wordt op dit moment al een pilot mee gedaan. In twee onopgeloste Limburgse moordzaken gaat justitie sporen vergelijken met profielen uit private DNA-databanken. In deze "heel ernstige zaken" is alles al geprobeerd, zegt landelijk forensisch officier van justitie Mirjam Warnaar. "Dit is het laatste redmiddel."
Het OM zegt dat de pilot past binnen de huidige Nederlandse opsporingswetten. Toch legden Warnaar en haar collega's de methode voor aan een rechter-commissaris en die gaf vervolgens akkoord.
Eén rechter die akkoord is, is volgens advocaat Geert-Jan Knoops niet voldoende. "Het OM vraagt eenzijdig zo'n toestemming aan. Maar hun standpunten worden niet weersproken door een verdediging, want die is er niet. Er is zelfs formeel nog geen verdachte."
Advocaten twijfelen over de juridische houdbaarheid en vinden dat de politiek eerst een uitvoerige discussie moet voeren over privacyregels, Bénédicte Ficq noemt de methode "uitermate discutabel".
De commerciële stamboombedrijven zitten allemaal in het buitenland. Ze vallen dus niet onder de Nederlandse wet en het ministerie van Justitie heeft er geen toezicht op. Dat is bezwaarlijk, zegt advocaat Knoops. "Want dat zijn wel voorwaarden in onze huidige wetgeving voor DNA-onderzoek. Ook voor verwantschapsonderzoek."
Ficq vreest dat mensen die wangslijm opsturen voor stamboomonderzoek de kleine lettertjes niet goed lezen. Ze denkt dat mensen zonder goed na te denken een vinkje zetten waarmee ze hun privacyrechten terzijde schuiven.
Zelfs als mensen weloverwogen toestemming geven voor het verspreiden van hun DNA-gegevens, dan nog rijzen er "interessante privacyvragen". Dat zegt Nina de Groot, bio-ethicus aan de Vrije Universiteit. "Want de duizenden verwanten van die persoon hebben géén toestemming gegeven. Als mijn achterneef toestemming heeft gegeven, maar ik niet. Hoe ver reikt zijn toestemming dan?"
Ze benadrukt het belang van het vinden van daders, maar vindt ook dat de "fundamentele rechten" van mensen beschermd moeten worden. "Het gaat om de privacy van vele onschuldige burgers. Dit vraagt om een democratisch proces. En ik denk dat ook de wetgever daar een centrale rol in heeft."
Alles bij de bron; NOS
Dankzij een match in de DNA-databank is zes jaar na een overval in Pijnacker een derde verdachte geïdentificeerd. De man meldde zich dinsdag bij de politie en is aangehouden.
Het slachtoffer was alleen thuis in haar woning aan de Harnasch in Pijnacker in maart 2018. Dankzij een oplettende buurtbewoner die 112 belde, was het kenteken van de vluchtauto bekend. De auto kon enige tijd later worden stopgezet.
Twee inzittenden, Amsterdammers van destijds 19 en 20 jaar, werden direct aangehouden. Een derde verdachte was gevlucht.
De twee aangehouden verdachten werden in 2019 veroordeeld tot celstraffen. De identiteit van de ontkomen derde bleef onbekend. Totdat deze in het voorjaar van 2023 werd aangehouden voor een ander feit en zijn DNA moest afstaan. Het DNA van de man bleek overeen te komen met het DNA-profiel dat was aangetroffen op de goederen uit de vluchtauto.
De man is door de districtsrecherche in Zoetermeer benaderd en kwam zich dinsdag melden op het politiebureau, waar hij werd aangehouden. Het slachtoffer van de overval is geïnformeerd over de aanhouding. De man is donderdag voorgeleid aan een rechter-commissaris.
Alles bij de bron; Beveiliging
De afname van dna bij een man die wegens online belaging werd veroordeeld is onterecht, zo heeft de rechtbank Gelderland geoordeeld, die de officier van justitie heeft bevolen om het afgenomen materiaal meteen te laten vernietigen. De man werd veroordeeld omdat hij via online platforms 'dwingende berichten' naar een voor hem onbekende vrouw stuurde dat ze contact met hem moest opnemen.
Er is geen fysiek contact geweest en de veroordeelde werd achterhaald via regulier onderzoek naar zijn ip-adres en persoonsgegevens, waaraan geen dna-onderzoek te pas is gekomen.
De man maakte bezwaar tegen zijn dna-afname. Dat is volgens hem gezien de aard van het misdrijf niet van betekenis voor het voorkomen, opsporen, vervolgen en berechten van dergelijke misdrijven in de toekomst. Het gaat immers om digitale belaging zonder dat enig fysiek contact heeft plaatsgevonden en zonder dat hij tastbare sporen heeft achtergelaten.
Het Openbaar Ministerie stelt dat het bezwaar ongegrond verklaard moet worden. Dat bij de veroordeelde bij de daadwerkelijke opsporing en berechting dna-onderzoek geen rol heeft gespeeld, betekent nog niet dat er in zijn algemeenheid sprake is van een strafbaar feit waarvoor dna niet van betekenis zal kunnen zijn.
De Wet DNA kent uitzonderingen waarin wordt gesteld dat het niet nodig is om dna af te nemen wanneer het verwerken van het dna-profiel, gezien de aard van het misdrijf of de bijzondere omstandigheden waaronder het misdrijf is gepleegd, geen betekenis heeft voor de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van de feiten waardoor de persoon in kwestie is veroordeeld.
Volgens de rechter zijn in deze zaak geen aanknopingspunten voor de conclusie dat dna-onderzoek van betekenis zal kunnen zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten van de veroordeelde, die het bezwaar van de veroordeelde gegrond verklaart en het OM beveelt het afgenomen celmateriaal meteen te vernietigen.
Alles bij de bron; Security
Minister Kuipers (VWS) informeert de Tweede Kamer over het rapport over waar DNA-technologie het beste in Nederland kan worden gebruikt en onder welke voorwaarden.
De brief gaat ook over zorg en preventie, de werkzaamheid en veiligheid van medicijnen, genoomdata en Europese ontwikkelingen op het gebied van onderzoek.
Alles bij de bron; RijksOverheid
Eind september werd bekend dat de rechtbank groen licht had gegeven voor het gebruik van twee commerciële Amerikaanse dna-databases voor verwantschapsonderzoek in twee coldcasezaken. Nu is bekendgemaakt hoe de rechter-commissaris tot deze beslissing is gekomen.
Volgens de rechter-commissaris gaat het hier om personen die weliswaar evenals in het klassiek grootschalig dna-onderzoek voor het overgrote deel niet betrokken zijn bij een misdrijf maar er vrijwillig voor hebben gekozen om hun dna te delen zodat het kan worden vergeleken met andere dna-profielen in de database.
"Ook als dat gebeurt ten behoeve van de opsporing van een strafbaar feit. Daarmee is de inbreuk op iemands persoonlijke levenssfeer vele malen geringer dan dat het geval is bij een grootschalig klassiek dna-onderzoek", stelt de rechter-commissaris verder. Daarin worden groepen mensen door justitie opgeroepen om hun dna af te staan. Weigering hiervan kan tot verdenking leiden, merkt de rechter-commissaris op.
Alles bij de bron; Security
Nederlandse opsporingsdiensten mogen in de toekomst ook commerciële DNA-databanken gebruiken voor coldcaseonderzoeken. De rechtbank heeft daar toestemming voor gegeven.
Het Nederlands Forensisch Instituut begint een proef, samen met het Openbaar Ministerie en de politie. Tijdens die proef kijkt het NFI of het DNA-gegevens bij commerciële bedrijven kan laten vorderen om twee coldcasemoordzaken op te lossen. Het gaat om de Limburgse Heuvelmoord uit 2014 en de moord op een vrouw in 2013 in de Maastrichtse Pietersplas. Bij beide moordzaken is er veel DNA verzameld, maar geen dader gevonden.
Het NFI wil nu gaan kijken of het commerciële DNA-databanken kan gebruiken om te achterhalen wie de mogelijke dader is, of wie daar mogelijk familie van is. Het NFI wil daarvoor aankloppen bij twee bedrijven, die niet bij naam worden genoemd. Die zitten beide in Amerika.
Door de resultaten op te vragen bij die databanken, hoopt het NFI een match te vinden met het DNA van de plaatsen-delict. Het kan dan bijvoorbeeld zijn dat er een familielid wordt gevonden van een mogelijke dader. Als dat gebeurt, moet het Openbaar Ministerie nog een stamboomonderzoek doen waarmee het moet bewijzen dat een DNA-match overeenkomt met een daadwerkelijk familielid.
Volgens de opsporingsdiensten is er veel aandacht besteed aan de privacyaspecten. "De vergelijkingen vinden uitsluitend plaats met DNA-profielen van mensen die hiervoor expliciet vooraf toestemming hebben gegeven aan de databank", schrijft het NFI, maar daarbij moet worden opgemerkt dat toestemming bij de meeste commerciële DNA-databanken automatisch wordt afgegeven als iemand met de dienst in zee gaat.
Verder zegt het NFI dat de DNA-profielen 'eenmalig vergeleken worden met die van de deelnemers die daarvoor toestemming hebben gegeven'. Daarna worden de gegevens verwijderd, maar ook daar moet een kanttekening bij worden gemaakt. Toen het Openbaar Ministerie in 2012 voor het eerst een DNA-verwantschapsonderzoek opzette, overtrad het direct de controversiële Wet DNA-verwantschapsonderzoek toen het de DNA-monsters niet direct verwijderde.
Het gaat voorlopig om een pilot, stellen de opsporingsdiensten. Mogelijk volgen binnen deze pilot nog meer zaken", schrijft het NFI. Het plan om dergelijk onderzoek via commerciële bedrijven te doen, bestaat overigens al sinds 2020.
Alles bij de bron; Tweakers
MyHeritage is een dienst voor stamboomonderzoek en DNA-matching. De dienst geeft toegang tot veel informatie over jouw roots. Om dit te kunnen doen, verzamelt MyHeritage veel persoonlijke informatie. Dit roept de vraag op hoe de dienst omgaat met jouw privacy. Dit zijn in het kort onze bevindingen:
Hieronder lees je meer over de privacyrisico’s van MyHeritage. Ook vind je stappenplannen voor het verwijderen van je gegevens.
Alles bij de bron; VPN-Gids
Het OM en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) gaan gebruik maken van genealogische DNA-databanken voor het oplossen van volledig vastgelopen ernstige strafzaken, in de hoop een doorbraak te forceren.
Binnenkort start een pilot waarin die opsporingsmethode ingezet gaat worden in twee cold casezaken maar voor het zover is, wordt deze opsporingsmethode nog wel voorgelegd aan de rechter-commissaris.
Verwantschapsonderzoek met gebruik van (private) genealogische DNA-databanken kan uitkomst bieden wanneer alle beschikbare opsporingsmiddelen niet hebben geleid tot een doorbraak in de zaak. Het betreft zaken waarin DNA beschikbaar is van nagenoeg zeker de dader of van het onbekende dode slachtoffer van een misdrijf, maar waarmee geen overeenkomst werd verkregen in de Nederlandse DNA-databank voor strafzaken, de DNA-databank Vermiste Personen of justitiële DNA-databanken van andere Europese landen.
Door het DNA van de onbekende persoon of het onbekende daderspoor te vergelijken met de DNA-profielen van personen in een genealogische DNA-databank, kunnen (verre) verwanten van deze persoon in beeld komen. Aan de hand van deze verwanten kan vervolgens door stamboomonderzoek de identiteit van de verdachte of het onbekende slachtoffer achterhaald worden.
In de Verenigde Staten leidde deze methode al tot een doorbraak in zo’n 550 cold cases. Ook in Europa zijn al de eerste successen geboekt: in Zweden werd hiermee een dubbele moordzaak uit 2004 opgelost en in Noorwegen onlangs een moordzaak uit 1999.
De pilot zal starten met twee geselecteerde zaken, waarin DNA-materiaal beschikbaar is van een nog onbekende verdachte of DNA van een slachtoffer van een misdrijf van wie politie en OM nog steeds de identiteit niet weten. Het OM en NFI willen met de pilot ervaringen opdoen met deze vorm van onderzoek.
Alles bij de bron; Beveiliging