Het Europese Hof van Justitie maakte in april in een baanbrekend arrest korte metten met Europese regels over de bewaarplicht voor telecommunicatiegegevens. De zogenaamde Dataretentierichtlijn werd met terugwerkende kracht ongeldig verklaard, hetgeen juridisch zoveel betekent dat zij nooit heeft bestaan. Zo’n ongeldigheidsverklaring komt maar zelden voor en geeft aan hoe hoog het Hof de zaak opneemt...

...Direct na de uitspraak van het Europese Hof lag bij de regering de vraag wat de consequenties zijn voor Nederlandse wetgeving. Nu, pas zeven maanden later, ligt er een reactie en een concept wetsvoorstel van minister Opstelten....

De regering houdt vast aan het massaal kunnen verzamelen van gegevens van alle burgers. Het gaat dan niet alleen om telecommunicatiegegevens, maar ook kentekengegevens, van passerende motorvoertuigen. Ook daarvoor is een wetsontwerp aanhangig om die massaal op te slaan. De Raad van State adviseert om bij beide groepen gegevens veel selectiever te werk te gaan, maar dat legt de regering ter zijde. Dit betekent dat zij voor de staat het recht blijft opeisen van alle bewegingen en communicaties van haar burgers een schaduwboekhouding bij te houden. Evenmin wenst de regering te tornen aan de bewaartermijnen, die worden bepaald door de technisch aard van de gegevens (telefonie, internet), terwijl het Europese Hof duidelijk aangeeft dat de termijnen gekoppeld moeten worden aan een inhoudelijk gemotiveerd noodzakelijkheidsvereiste. Ook hier adviseert de Raad van State in lijn met de uitspraak van het Hof....

Voor nationale veiligheid is het beeld nog minder florissant. De minister blijft als enige bevoegd om het verzamelen en raadplegen van bulk data toe te staan. Geen tijdige voorafgaande betrokkenheid van de onafhankelijke rechter, zoals zelfs in de VS het geval is. Geen voorzieningen om weerwoord te voeren. Nederland dient ver te blijven van een surveillancestaat, maar doet geen poging dat te vermijden.

pdfVolledige artikel hier [NRC-papier]