Het gebruik van spyware is in de Europese Unie wijdverbreid en zorgwekkend. Een Europees rapport noemt het aannemelijk dat alle lidstaten van de EU commerciële spionagesoftware hebben gekocht, ook Nederland. Zeker vier Europese landen misbruiken de software regelrecht.

Spyware heeft zich in het hart van autoritaire regimes in Europa genesteld, schrijft de enquêtecommissie van het Europees Parlement. Dat vormt een gevaar voor mensenrechten en het verloop van nationale verkiezingen.
Volgens de commissie leggen landen weinig of geen verantwoording af voor de inzet van spionagesoftware. Daarbij maakt het niet uit of de inzet legaal of illegaal is.

In Spanje, Polen, Hongarije en Cyprus is de spyware volgens het rapport op een illegale manier ingezet. Het gaat bijvoorbeeld om het bespioneren van politici, journalisten en leden van burgerrechtenbewegingen.

Ook in Nederland wordt spionagesoftware gebruikt. Twee bedrijven hadden van november 2014 tot december 2016 banden met de Israëlische maker van de bekende spyware Pegasus.

De rapporteur is naar eigen zeggen boos dat overheden en autoriteiten hun verantwoordelijkheid niet nemen. "In een democratie zet je mensen niet zomaar onder surveillance", zei In 't Veld. "Niet om politieke doeleinden te misbruiken of om verkiezingen te manipuleren. Dit is een aanval op de Europese democratie. Dus waarom stelt de EU zich niet als één blok op om dit aan te pakken?"

 

Het onderzoek van de enquêtecommissie is nog niet afgerond. De komende maanden doet de commissie nader onderzoek. Het onderzoek startte afgelopen zomer, nadat journalisten hadden bewezen dat overheden Pegasus in 2020 hadden gebruikt om apparaten van journalisten, activisten en politici te hacken.

Alles bij de bron; NU