Een brede groep organisaties, hoogleraren en journalisten riepen de nieuwe minister van veiligheid en justitie gisteren op via een open brief om wetsvoorstellen in de ijskast te zetten en eerst een fundamentele discussie te voeren over privacy. 

Stond diens voorganger en partijgenoot, Ivo Opstelten, totaal niet bekend als privacyvoorvechter. Ard van der Steur krijgt van de briefschrijvers nog het voordeel van de twijfel. Volgens de briefschrijvers neemt het kabinet 'steeds vaker' maatregelen waardoor grote hoeveelheden gegevens over burgers verzameld en verwerkt worden, ook als mensen nergens van worden verdacht. Naast de bewaarplicht van telecomgegevens, wordt onder meer de opslag van kentekenregistratie als voorbeeld genoemd, waardoor kan worden bijgehouden wie waar rijdt.

De wetsvoorstellen liggen klaar op het ministerie. Maar de briefschrijvers willen dat Van der Steur een pas op de plaats maakt en eerst een visie ontwikkelt over hoe de privacy van burgers gewaarborgd kan worden.

Van der Steur maakte gisteren meteen duidelijk dat hij niet van plan is om wetsvoorstellen op te schorten, omdat die volgens hem noodzakelijks zijn in de aanpak van zware criminaliteit. En hij is er voor de veiligheid van de burgers. Volgens zijn woordvoerder heeft hij wel degelijk een visie op privacygebied: er bestaat geen tegenstelling tussen veiligheid en privacy, maar beide liggen in elkaars verlengde. Geen privacy zonder veiligheid, en geen veiligheid zonder privacy. Daar zullen de ondertekenaars het voorlopig mee moeten doen.

Alles bij de bron; Trouw