Dat automatisering bij de overheid niet in goede handen is, mag inmiddels een cliché genoemd worden.
Het stelsel van beveiligingscertificaten voor overheidswebsites was gecompromitteerd. Er ontstond een grote crisis, die de reputatie van de Staat als aanbieder van veilige websites voorlopig om zeep hielp. Maar ook gewone slordigheden zijn schering en inslag. Vorige week liet de minister van Financiën nog de vertrouwelijke Miljoenennota op internet uit zijn handen vallen. Foutje bij weer een andere dienstverlener.
Meteen daarna traden zeer ernstige problemen aan het licht met de beveiliging van de zogeheten DigiD. De Belastingdienst bleek niet te controleren of degene die met deze code rechtshandelingen verricht, wel is wie hij zegt te zijn. Pas toen bewoners van een hele straat ontdekten dat er door bedriegers huis aan huis spookaanvragen waren gedaan, kwam de fiscus in actie.
In eerste instantie werden de problemen per kerende post weer op de stoep van de burger gedeponeerd: dank dat u ons hebt gewezen op dit lek maar probeer vooral zelf het geld van de oplichters terug te krijgen. Dan kan de fiscus het namelijk bij u terugvorderen. Over deze houding merkt de Nationale Ombudsman terecht op dat hier een overheid probeert zijn stoepje schoon te vegen.
Er is hier ten minste sprake van een grove schending van het vertrouwen dat de burger in de overheid mag hebben. Voorlopig heeft het Rijk de schijn tegen. De DigiD was helemaal niet ‘geheel privé’, zoals de site meldt, maar een gat in de dijk: een rondslingerend blanco chequeboek. Het was Tafeltje dek je, ezeltje strek je rechtstreeks uit de schatkist. Is er nog iemand in bestuurlijk Den Haag die een beetje oplet?
Alles bij de bron; recht&bestuur