Door snel oplopende incassokosten verdient de overheid fors aan aanmaningen op verkeersboetes.
Het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) vordert jaarlijks gemiddeld 137 miljoen euro aan inningskosten, bovenop de oorspronkelijke boete.
De aanmaningen vullen de staatskas, maar leveren voor tienduizenden huishoudens problematische schulden op.....
....Van de gemiddeld 8 miljoen verkeersboetes per jaar worden er zo’n 900 duizend niet meteen betaald, waarna een aanmaning volgt. In 459 duizend gevallen stuurde het CJIB zelfs een tweede aanmaning.
Als betaling uitblijft, stijgen boetes voor lichte verkeersovertredingen sneller dan strafrechtelijke boetes voor zware overtredingen. Bij de eerste herinnering verhoogt het CJIB een boete met de helft, bij de tweede aanmaning verdubbelt het totale bedrag. Bij een boete van de rechter (pas vanaf grotere snelheidsovertredingen) komt er eerst 20 euro bovenop, en vervolgens 20 procent (met een minimum van 40 euro).
De aanmaningspercentages voor verkeersboetes werden in 2012 verdubbeld omdat toenmalig justitieminister Ernst Hirsch Ballin zijn begroting niet rondkreeg, blijkt uit eerder vrijgegeven beleidsstukken. De inkomsten voor de overheid lopen normaal gesproken via de Belastingdienst en het ministerie van Financiën, maar de inkomsten van verkeersboetes komen terecht bij het ministerie van Justitie en Veiligheid. Het ministerie heeft daarmee een belang bij hogere opbrengsten.
De Raad van State adviseerde half november tegen het dichten van begrotingstekorten door het verhogen van verkeersboetes.
Alles bij de bron; Volkskrant