De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) is tegen een wetsvoorstel van het kabinet dat grootschalige dataverzameling in de jeugdzorg mogelijk maakt. Volgens de privacytoezichthouder is de noodzaak hiervoor niet aangetoond.

De kritiek van de AP richt zich op het wetsvoorstel 'Verbetering beschikbaarheid jeugdzorg', waardoor de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) gegevens kan gaan inzamelen voor onderzoek naar de beschikbaarheid van de jeugdzorg.

De NZa kan volgens het voorstel onder meer gezondheidsgegevens en strafrechtelijke gegevens van jongeren en hun ouders opvragen bij gemeenten en hulpverlenende instanties. De Autoriteit Persoonsgegevens stelt dat niet aangetoond is waarom het gebruik van deze gevoelige gegevens noodzakelijk is. 

"Als minder ingrijpende methoden voorhanden zijn om hetzelfde doel te bereiken, mogen ingrijpender methoden niet worden toegepast. De toelichting maakt niet duidelijk of alternatieven zijn overwogen en zo ja, waarom deze zijn verworpen", aldus de AP. "Daarom schiet de onderbouwing van het wetsvoorstel tekort."

Daarnaast maakt het voorstel niet duidelijk welke gezondheidsgegevens en strafrechtelijke gegevens er zullen worden verwerkt. Dat is wel verplicht omdat het gaat om gegevens met een zeer privacygevoelig karakter.

AP-vicevoorzitter Monique Verdier voegt toe dat jeugdzorg vaak draait om jongeren in uiterst kwetsbare posities. "Als de overheid gegevens wil gebruiken van zulke jongeren, en van hun ouders, zal de overheid heel goed moeten uitleggen waarom dat per se nodig is. Aan die uitleg schort het nu." De AP adviseert het voorstel dan ook aan te passen.

Alles bij de bron; Security