Nederlandse overheden gebruiken in toenemende mate clouddiensten van Microsoft, Amazon en Google, de drie Amerikaanse techreuzen kunnen vaak een groot pakket leveren voor een relatief goede prijs. Kleinere, Europese leveranciers maken bij aanbestedingen vaak weinig kans. Zij dreigen daardoor uiteindelijk ten onder te gaan.
Daarom stellen NSC en GroenLinks-PvdA in een intiatiefnota dat minstens 30 procent van de cloudleveranciers aan de overheid Nederlands of Europees moet zijn. Die initiatiefnota werd overigens al geschreven voordat president Trump aan de macht kwam. Tijdens het debat van vandaag merkten veel Kamerleden op dat zijn aantreden het probleem alleen maar dringender heeft gemaakt.
Nu al zouden Amerikaanse inlichtingen- en opsporingsdiensten informatie kunnen verzamelen uit Nederlandse e-mails in hun cloud. De Verenigde Staten zouden zelfs nog een stap verder kunnen gaan, door mailboxen of websites van Nederlandse ministeries te blokkeren.
Dat dat geen doemdenken is, bewijzen de Amerikaanse sancties tegen het Internationaal Strafhof. De hoofdaanklager van het Internationaal Strafhof heeft geen toegang meer tot zijn Microsoft-mailbox.
GroenLinks-PvdA-Kamerlid Kathman, één van de initiatiefnemers zegt "De geopolitieke situatie maakt dat het eigenlijk niet kan. ICT hoort thuis in het hart van de politiek. Hier komen geopolitiek, veiligheid en economie samen."
"We zijn te laks en te naïef geweest", vindt ook NSC-Kamerlid Six-Dijkstra, de andere initiatiefnemer. "Als gevolg daarvan kunnen we weinig Europees tegenwicht in de cloudsector bieden."
In het percentage ziet Szabó niets, Vrijdag zal hij in zijn digitaliseringsstrategie aankondigen dat hij wel centraler clouddiensten wil gaan inkopen, waardoor Nederlandse en Europese bedrijven wat meer zekerheid krijgen.
Alles bij de bron; NOS
De minister van Justitie en Veiligheid krijgt toch niet de mogelijkheid om organisaties te verbieden omdat ze ondermijnend zouden zijn. De Eerste Kamer heeft een voorstel voor een wet die dat mogelijk moest maken verworpen. De senatoren vinden het risico op misbruik te groot.
Het plan was aanvankelijk vooral bedoeld om criminele motorbendes aan te pakken, maar critici vrezen dat het middel breder kan worden ingezet. Een minister zou om politieke redenen een organisatie kunnen verbieden die hem of haar onwelgevallig is.
De afgelopen tijd hebben actiegroepen als Greenpeace, Extinction Rebellion (XR) en Farmers Defence Force (FDF) zich kritisch uitgelaten over het wetsvoorstel. Volgens de boerenactiegroep FDF zou de wet een inbreuk zijn op de vrijheid van vereniging. Greenpeace zei dat het voorstel zo vaag was geformuleerd dat ook vreedzame protestbewegingen erdoor kunnen worden geraakt.
Het wetsvoorstel was oorspronkelijk een initiatief van VVD, PvdA, CDA, ChristenUnie en SGP en werd in 2020 met ruime meerderheid aangenomen in de Tweede Kamer. Vijf jaar later oordeelt de senaat dus anders.
Alles bij de bron; NOS
Staatssecretaris Szabó (Digitalisering en Koninkrijksrelaties) vraagt de Tweede Kamer toestemming voor het verlenen van instemming aan het herziene EU-voorstel voor een verordening inzake identiteitskaarten en verblijfsdocumenten.
De JBZ-Raad zal hierover naar verwachting besluiten op 12-13 juni 2025.
.............De huidige verordening, Verordening (EU) 2019/1157, is vastgesteld op basis van artikel 21, lid 2 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), en trad in werking op 1 augustus 2019. De bepalingen ervan zijn sinds 2 augustus 2021 van toepassing.
De verordening heeft betrekking op:
− identiteitskaarten afgegeven door lidstaten aan hun onderdanen;
− verblijfsdocumenten afgegeven aan EU-burger en hun familieleden op basis van Richtlijn 2004/38/EG inzake het vrij verkeer.
Op 21 maart 2024 verklaarde het Hof van Justitie van de Europese Unie de verordening ongeldig in zaak C-61/22 Landeshauptstadt Wiesbaden, op grond van het feit dat deze was vastgesteld op een onjuiste rechtsgrondslag. In plaats van artikel 21, tweede lid, van het VWEU (gewone wetgevingsprocedure), had artikel 77, derde lid, van het VWEU (bijzondere wetgevingsprocedure die met name eenparigheid van stemmen vereist binnen de Raad) als rechtsgrondslag moeten worden gebruikt, omdat de bepalingen raken aan grensoverschrijdende controle en documentvereisten.
Het Hof oordeelde daarnaast dat de verplichte opname van vingerafdrukken in identiteitskaarten een gerechtvaardigde beperking vormt van de grondrechten op eerbiediging van het privéleven en bescherming van persoonsgegevens.
Alles bij de bron; RijksOverheid
De Autoriteit Persoonsgegevens is kritisch over de wijzigingen van de Archiefwet die OCW minister Eppo Bruins voorstelt.
In een verplichte wetgevingstoets stelt de toezichthouder dat Bruins’ voorgenomen aanpassingen ten koste gaan van de bescherming van gevoelige persoonsgegevens in de oorlogsarchieven.
De kwestie draait om het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR), het grootste oorlogsarchief van Nederland, met strafdossiers van 425.000 mensen die vlak na de Tweede Wereldoorlog zijn onderzocht op collaboratie met de Duitsers.
Wat volledige openbaarmaking zo gevoelig maakt, is dat de archieven ook privacygevoelige informatie bevatten van mensen die nog leven. Volgens de AP gaat het om „honderden tot meerdere duizenden” mensen.
Om die reden besloot minister Bruins eind vorig jaar om volledige openbaarmaking uit te stellen, eveneens na een waarschuwing van de AP.
Via een wijziging van de Archiefwet wil Bruins alsnog regelen dat het CABR op termijn volledig online doorzoekbaar wordt. De AP vindt dat te ver gaan. Het „heft de wettelijke bescherming van de persoonsgegevens van levende mensen in veel gevoelige archieven in feite op”
Morrelen aan de Archiefwet heeft bovendien niet alleen gevolgen voor het CABR, zegt de AP tegen NRC, „maar ook voor dossiers inzake Srebrenica, MH17 en de Watersnoodramp”.
De AP vindt dat er in de wet stevige regels moeten komen om de privacy van levende mensen te beschermen. Ook zouden er technische maatregelen moeten komen, zoals een verbod op kopiëren en het afschermen van informatie die buiten een zoekopdracht valt.
Bruins gaat niet mee in de AP-aanbeveling om ingevoerde zoektermen van bezoekers te laten registreren, omdat hij dat „ethisch bezwaarlijk” vindt. „Dit kabinet heeft meermaals benadrukt dat de overheid moet uitgaan van vertrouwen jegens burgers. Het controleren van het zoekgedrag van die burgers staat daar haaks op”, aldus de minister.
Alles bij de bron; NRC
Vraag 3
Deelt u de mening dat dergelijke huisbezoeken als zeer intimiderend kunnen worden ervaren door mensen die overwegen te demonstreren? Waarom wel of niet? Kunt u hierbij ingaan op de zorgen over een mogelijk ‘chilling effect’, waarbij demonstranten ontmoedigd worden om gebruik te maken van hun demonstratierecht?
Antwoord op vraag 3
Ik kan mij voorstellen dat een huisbezoek door politie indruk kan maken. In het kader van demonstraties kunnen huisbezoeken worden afgelegd door politie. De politie kan informatie over de aard en omvang van een demonstratie proberen te verzamelen. Juist om de demonstratie goed te kunnen begeleiden.
Overheidsoptreden rondom demonstraties is niet gericht op het ontmoedigen van deelname aan demonstraties
Vraag 10
Bent u van mening dat deze vorm van preventief optreden bijdraagt aan het vertrouwen in de politie en de overheid? Hoe waarborgt u dat burgers niet worden afgeschrikt om gebruik te maken van hun demonstratierecht?
Antwoord op vraag 10
Van de overheid mag worden verwacht dat het demonstratierecht wordt gefaciliteerd en er daarmee ook voldoende ruimte is om te demonstreren, maar ook dat dat op een veilige manier gebeurt. Daarom is het belangrijk dat wanneer het in het kader van de politietaak noodzakelijk is om contact te leggen in ieder concreet geval moet worden afgewogen of er minder ingrijpende middelen beschikbaar zijn om het beoogde doel te bereiken.
Alles bij de bron; RijksOverheid
Minister Van Weel van Justitie en Veiligheid moet opheldering geven over het lekken van persoonsgegevens door ambtenaren aan criminelen. Aanleiding voor de Kamervragen is de aanhouding van een Amsterdamse ambtenaar.
De man wordt ervan verdacht dat hij gedurende een langere periode op verzoek van anderen adressen heeft opgezocht in de gemeentesystemen. Op die adressen hebben vervolgens explosies of andere geweldsincidenten plaatsgevonden, zo liet het Openbaar Ministerie (OM) vorige week weten.
De ambtenaar had vanuit zijn functie als administratief medewerker toegang tot meerdere systemen waaronder de Basisregistratie Personen. Hierin zijn adres- en persoonsgegevens van Nederlanders op te vragen. Het OM denkt dat de man, waarschijnlijk tegen betaling, voor criminele contacten specifieke adressen in heel Nederland opzocht en die aan hen doorgaf. Verder heeft het OM het vermoeden dat de verdachte wist dat de doorgegeven informatie werd gebruikt voor het plegen van ernstige misdrijven. Daarom wordt hij ook verdacht van medeplichtigheid aan deze misdrijven.
Alles bij de bron; Security
Minister Van Weel van Justitie en Veiligheid stuurt hiervoor een wijzigingsvoorstel van de huidige Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden (Wet DNA-V) naar de Tweede Kamer. Met deze wetswijziging kan worden voorkomen dat geen celmateriaal beschikbaar is van personen die na hun veroordeling onvindbaar zijn.
Op dit moment wordt celmateriaal afgenomen nadat iemand voor een ernstig misdrijf is veroordeeld. Een deel van de veroordeelden komt echter niet opdagen en is onvindbaar, waardoor hun DNA-materiaal niet kan worden opgenomen in de databank. Met dit voorstel wordt het moment van afname naar voren gehaald: tijdens het opsporingsonderzoek, als iemand verdacht wordt van een ernstig misdrijf.
Dit betekent niet dat het direct mag worden gebruikt voor DNA-onderzoek. Van het celmateriaal wordt pas een DNA-profiel opgesteld en verwerkt in de DNA-databank nadat iemand is veroordeeld. Gebeurt dat niet, dan wordt het celmateriaal vernietigd.
De Raad van State heeft geadviseerd over dit voorstel, waarna een aantal wijzigingen is doorgevoerd. Nu volgt behandeling in de Tweede en Eerste Kamer.
Alles bij de bron; Beveiliging
De politie omschrijft in haar recent gepubliceerde strategische agenda Stevig staan in deze tijd hoe zij zichzelf de komende jaren wil positioneren. De belangrijkste pijlers zijn daarbij het vertrouwen van burgers, verbinding met de samenleving en legitimiteit. Van haar welbekende motto maakt zij in die strategische agenda een missie, door er een focus aan toe te voegen: ‘Waakzaam en dienstbaar aan de waarden van de democratische rechtsstaat’. Mooie woorden. Maar om het waar te maken, is er voor zowel politie als kabinet behoorlijk wat werk aan de winkel.
Om vertrouwen te oogsten, moet je vertrouwen zaaien. En op dit moment wordt de burger juist vanuit wantrouwen benaderd. De politie fotografeert vreedzame demonstranten, zoekt ze thuis op of merkt ze onterecht aan als extremist. Tienduizenden Nederlanders staan met een terrorismecode in politiesystemen, soms enkel vanwege demonstreren.
Als je denkt dat je gegevens bij de politie in veilige handen zijn, heb je het mis. Bijna 20 duizend onschuldige mensen zijn onterecht in gevoelige databanken beland en de politie blijkt informatie bewust veel langer te bewaren dan mag. In plaats van dit terug te fluiten, gaf de minister van Justitie en Veiligheid ‘toestemming’ om de bewaartermijnen te blijven negeren en wilde hij de termijn zelfs verlengen.
De politie erkent dat zij meer moet doen om mensenrechtenrisico’s te beheersen en wil investeren in datawaarborgen. Terecht, want het kan lelijk uitpakken wanneer je gegevens plotseling tegen je worden gebruikt.
Zo constateert recent onderzoek naar moslimdiscriminatie dat moslims onevenredig vaak slachtoffer zijn van ‘geïnstitutionaliseerde hypersurveillance’. Vers in het geheugen ligt nog het toeslagenschandaal, meer dan 10 duizend mensen stonden op een zwarte lijst van de Belastingdienst. Anderen stonden onterecht op een terreurlijst en kwamen daardoor onverwachts een land niet in, of werden in het buitenland vastgezet.
Deze uitingen van wantrouwen staan niet op zichzelf, maar worden aangewakkerd door een kabinetsbeleid dat al jaren gericht is op controle en repressie en wil het kabinet dataverzameling nóg verder uitbreiden. Bijvoorbeeld met voorstellen om te infiltreren in besloten appgroepen van mensen die nergens van worden verdacht.
Voor burgers is er een schrijnend gebrek aan rechtsbescherming. Als je onterecht geregistreerd wordt is het vrijwel onmogelijk om registraties aan te vechten. De klachtenprocedure is niet effectief: veel klachten worden niet behandeld. Daardoor staan burgers met lege handen.
De Autoriteit Persoonsgegevens heeft onvoldoende budget en stelt dat de regering wel met nieuwe wetten komt, maar niet in de naleving van wetten investeert. Zorgen van de Raad van State over structurele schendingen van de Privacywet werden jarenlang in de wind geslagen.
De burger en de democratische rechtsstaat kunnen wel wat bescherming gebruiken, tegen de datahonger van de overheid. Zoals een heldere afbakening van politietaken, betere bescherming van mensenrechten in datagedreven werk en meer en actievere transparantie.
Het zijn mooie doelen, maar daar moet het roer voor om. Het staat namelijk ver af van beleid gericht op controle en repressie, dat is gestoeld op wantrouwen in de burger. Investeer dus in effectief toezicht en controle, niet van de burger, maar van de politie.
Alles bij de bron; Bits-of-Freedom
Recente fraudegevallen
De leden van de fractie GroenLinks-PvdA vragen of er recentelijk nog nieuwe fraudegevallen ontdekt zijn.
Ik heb geen signalen ontvangen van uitgevende instanties, het OM of de Rijksrecherche dat er recentelijk nieuwe gevallen van fraude door baliemedewerkers bij uitgevende instanties zijn geconstateerd.
Toelichting op verbeteringen in het reisdocumentenstelsel en het centrale register
De leden van de VVD-fractie vragen wat de functie is van het centrale Basisregister Reisdocumenten met biografische gegevens. Ook wordt toelichting op de bijbehorende juridische basis gevraagd.
Sinds eind 2023 bevat het Basisregister Reisdocumenten de biografische gegevens, zoals naam en geboortedatum, van alle reisdocumenten. Het biedt inzicht in lopende aanvragen bij alle uitgevende instanties, zoals gemeenten. Het Basisregister stelt medewerkers bij uitgevende instanties in staat om goede controles uit te voeren en voorkomt onrechtmatige aanvragen van reisdocumenten. De juridische basis van het Basisregister is de Paspoortwet.
Het Basisregister Reisdocumenten is uitgebreid met nieuwe gegevens en functionaliteit ten behoeve van elektronische dienstverlening aan burgers door overheidsinstellingen en in de semipublieke sector (eID-stelsel). Er is besloten om het eID-middel met DigiD hoog op een wettelijke identiteitsdocumenten te plaatsen, in eerste instantie de Nederlandse identiteitskaart.
Het Basisregister is uitgebreid met nieuwe gegevens en functionaliteit om aan de eisen van het eID-stelsel te voldoen. Het bevat alle benodigde gegevens voor de werking van het eID-stelsel en is 24/7 beschikbaar voor een check op de geldigheid van identiteitskaarten en het eID-middel.
De leden van de VVD-fractie vragen hoe de opslag van de gezichtsopnames zal veranderen, of plannen bestaan om biografische gegevens en gezichtsopnames in één register te plaatsen, wie toegang krijgt tot het register en welke wetswijziging daarvoor voorzien wordt.
Er worden in dit kader twee voorzieningen gerealiseerd. Het Basisregister Reisdocumenten dient voor de opslag van de biografische gegevens, zoals naam en geboortedatum, van een aanvraag voor een document. Deze voorziening is gereed. Daarnaast wordt een tweede voorziening gerealiseerd voor biometrische gegevens (foto, vingerafdrukken en handtekening). Er zal dus geen sprake zijn van één enkel register (met zowel biografische als biometrische gegevens) en dit wordt ook niet beoogd.
.
Momenteel worden biometrische gegevens lokaal opgeslagen bij uitgevende instanties. Er wordt in het kader van lifecycle management gewerkt aan een nieuwe voorziening binnen de kaders van de huidige wetgeving. Daarbij zullen de biometrische gegevens worden verplaatst naar een overheidsdatacenter, maar nog steeds onder de (verwerkings-)verantwoordelijkheid van de uitgevende instanties (zoals gemeenten) en in eigen, gescheiden compartimenten per uitgevende instantie.
De opslag van de informatie wordt veiliger en het beheer wordt eenvoudiger zonder dat één centraal register gecreëerd hoeft te worden. Het door de uitgevende instanties uitgevoerde aanvraag- en uitgifteproces van reisdocumenten blijft ongewijzigd. Voor de verstrekkingen van gegevens uit de technische voorziening voor biometrische gegevens blijft het huidige regime gelden.
Alles bij de bron; RijksOverheid
Een deel van de Nederlanders is bang dat monitoring van een warmtepomp tot big brother-achtige situaties leidt, zo blijkt uit onderzoek van het ministerie van Economische Zaken. Via het onderzoek wilde het ministerie kijken of een garantie op de energieprestatie (EPG) de intentie om een warmtepomp aan te schaffen zou verhogen.
Wie wil meedoen aan de energieprestatiegarantie moet zijn warmtepomp laten uitlezen. Ook wordt het energieverbruik via een slimme meter uitgelezen.
Zeventien procent van de deelnemers zegt waarschijnlijk geen gebruikt te maken van de energiegarantie als ze een warmtepomp zouden aanschaffen. Vijftien tot negentien procent vindt een EPG warmtepomp onaantrekkelijk of heel onaantrekkelijk. Een aanzienlijk deel van deze groepen heeft weerstand tegen het monitoren van de warmtepomp en het energieverbruik.
"Dat alles op afstand wordt gevolgd en je verplicht een slimme meter moet aanschaffen", reageert een deelnemer aan het onderzoek. "Dat ze je in de gaten houden vanaf afstand", laat een ander weten.
Deelnemers werd ook gevraagd of ze bereid zouden zijn om hun slimme meter te laten uitlezen. 46 procent wil dit niet. Volgens de onderzoekers laat het onderzoek zien dat het uitlezen van de slimme meter een belangrijke drempel is voor de mogelijke aanschaf van een EPG warmtepomp.
Alles bij de bron; Security