De Raad voor de Rechtspraak vindt dat een nieuwe aftapwet van het kabinet onvoldoende waarborgen bevat om te voorkomen dat de inlichtingendiensten hun bevoegdheden misbruiken. Het kabinet moet het toezicht in het wetsvoorstel verstevigen, schrijft de koepelorganisatie van Nederlandse rechters maandag in een brief aan minister Plasterk.

Onder meer de Raad van State uitte al kritiek op het voorstel, dat volgens het adviesorgaan onvoldoende waarborgen bevatte. De Raad voor de Rechtspraak sluit zich bij dat advies aan.

Onder de nieuwe wet zou het voor de inlichtingendiensten AIVD en MIVD mogelijk worden om grootschaliger internetverkeer af te tappen, bijvoorbeeld bij onderzoeken naar terrorisme. Elke keer als een inlichtingendienst zijn 'sleepnetbevoegdheid' wil inzetten, bijvoorbeeld door verkeer op een internetknooppunt te onderscheppen, moet de minister dat goedkeuren, gevolgd door de TIB. 

De TIB krijgt geen rechtstreekse toegang tot gegevens van de AIVD en MIVD. Het is daarom onduidelijk of de commissie wel voldoende informatie krijgt om te kunnen bepalen of bevoegdheden juist worden ingezet, vindt de Raad voor de Rechtspraak. Ook vinden de rechters het onduidelijk of de commissie voldoende kennis zal hebben om een juist oordeel te kunnen vellen.

"Het komt de Raad voor dat hiermee op twee punten een effectieve vorm van toezicht onmogelijk wordt gemaakt", schrijft voorzitter Frits Bakker in de brief.

De rechters hadden liever gezien dat de toetsingscommissie een zelfstandig onderdeel van de CTIVD was geworden. Dat is de toezichthouder die momenteel al de inlichtingendiensten in de gaten houdt, maar niet de macht heeft om de bevoegdheden vooraf te toetsen. De CTIVD heeft wel volledige toegang tot gegevens van beide inlichtingendiensten.

Alles bij de bron; NU